Ik ben sinds jaren gefascineerd door de rituelen en magie van het (Tibetaanse) Boeddhisme. Waarschijnlijk houd ik – in het algemeen -van alles wat “oer” is en wat vanuit de buik komt. Dit is waarom ik me aangetrokken voelde tot een bericht op de BBC nieuws website over de Nepalese Kumaris of levende Godinnen..
Er zijn verschillende versen in de Vedas die de rol van de Kumaris de hemel in prijzen. Als vrouwelijke Godin, heeft een Kumaris shakti (Power). Ze wordt vereerd als Kali, Durga, Kaleju, enz. Maar deze Godinnen zijn OOK heel jong meisjes van tussen de vier en twaalf jaar oud. Als Godin wordt alles voor ze gedaan. Men moet alleen naar deze meisjes kijken om geluk te hebben. Om gekozen te worden moet het meisje geen littekens en mooie donkere/expressieve ogen hebben. Het kind moet geen angst tonen als ze in een donker kamer rondgeleid wordt waarin de hoofden van gedode buffels liggen. Als ze hierin slaagt moet ze ook haar ouders en familie achter zich laten om in een tempel te gaan wonen.
Nothing lasts forever. Met het begin van de puberteit, is hun rol als Godin uitgespeeld en het “echte” leven slaat toe. Trouwen zit er niet in. Het trouwen van een ex-Kumaris zou ongeluk brengen en dat gebeurt dan ook niet. Het leven van deze meisjes eindigt vaak op straat waar ze moeten bedelen om aan eten te komen.
De Nepalese regering zal binnenkort een besluit met betrekking tot het lot van deze meisjes nemen. Wanneer gaat traditie te ver? Mag ik – als witte europese vrouw – hier uberhaput een mening over hebben? Soms kan hoofd en hart ver uit elkaar liggen.